Vrijdag 4 Oktober 2024

Een jonge man was weggegaan bij zijn ouders en had het ruige en wilde leven opgezocht. Hij vierde zijn vrijheid met drank en drugs. Het leven was echter te ruig en te wild en het bracht hem uiteindelijk in een totale faillissement. Hij had geen geld meer, vrienden hadden hem in de steek gelaten: hij zat diep in de put. Helemaal ten einde raad schrijft deze jonge man een brief naar zijn ouders. Hij schrijft:

“Lieve mama en papa. Ik heb heel veel domme dingen gedaan. Ik heb u teleurgesteld. Er is dan ook geen enkele reden om van mij te houden of me thuis weer te verwelkomen. Je kan niet dieper zinken dan ik heb gedaan. Ik zit op de boden van de put. Graag zou ik weer naar huis terug komen, en dat kan nu ook. Ik heb een trein ticket kunnen bemachtigen. De trein rijdt langs onze boerderij, je kunt hem vanuit de bocht zien komen. Zouden jullie een wit laken aan de waslijn buiten willen hangen die ik kan zien vanuit de trein als ik weer welkom ben thuis? Als er geen laken hangt, dat snap ik dat en zal niet naar huis komen.”

Nadat hij de brief had gepost ging hij op weg. Na een paar dagen zat hij in de trein die langs de boerderij van zijn ouders zou rijden. Hoe dichter ze op de plaats van bestemming kwamen, hoe zenuwachtiger de jongeman werd. Zo zenuwachtig dat hij heb bijna niet kon uithouden. Hij vroeg aan een man die tegenover hem zat in de trein coupe of deze voor hem wilde kijken uit het raam:

“Als we rond de volgende bocht rijden kunt u een boerderij zien aan de linkerkant. Het is een wit huis en een oude rode schuur. Het hek is oud en in de achtertuin staat een waslijn. Het is misschien een vreemde vraag maar zou u voor mij willen kijken of er een wit laken hangt aan deze waslijn?” Het hart van de jongeman bonkte door zijn lijf van de zenuwen.

De man stond op en keek naar de boerderij toen ze door de bocht reden, “Kijk, kijk, kijk. Moet je eens zien! De hele waslijn hangt vol met witte lakens! Maar niet alleen de waslijn, ook de eikenboom die ernaast staat, en uit de ramen hangen lakens.” Het was voor de jongeman duidelijk: hij was welkom thuis!

Dagelijks Woord

  • En Jezus zeide tot hen: Ik ben het Brood des levens; die tot Mij komt, zal geenszins hongeren, en die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten. Maar Ik heb u gezegd, dat gij Mij ook gezien hebt, en gij gelooft niet. Al wat Mij de Vader geeft, zal tot Mij komen; en die tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen. Want Ik ben uit den hemel nedergedaald, niet opdat Ik Mijn wil zou doen, maar den wil Desgenen, Die Mij gezonden heeft. -- Johannes 6:35-38